Scribbles is verhuisd!

Werk uw bookmarks bij: Scribbles heet nu Schrijversblok

www.schrijversblok.nl

zondag, mei 27, 2007

vrijdag, mei 18, 2007

De doif is dood, meneer

Het lijkt traditie te worden. Elk jaar, zo tussen mei en juli, overlijdt mijn PC. En dat gebeurt uiteraard altijd zaterdagavond. Of in dit geval: op Hemelvaartsdag. Dat is niet alleen ironisch, maar ook logisch, want dat betekent dat ik me ruim 24 uur zorgen kan maken over de kosten en rompslomp van de herstelwerkzaamheden, in plaats van dat ik het apparaat meteen naar de reparatie kan brengen.

Frustrerend is vooral dat het ding stierf vanwege een broodnodige upgrade. Mijn PC gedroeg zich de laatste tijd alsof de koeling op ritalin draaide. Verbijsterend hoe lang het duurde om van mijn mailvenster naar mijn firefox venster te switchen. Soms was het gewoon sneller om het ding helemaal af te zetten en opnieuw op te starten.

Mijn oplossing, in de vorm van 512 mb extra geheugen, resulteerde woensdag dus in het overlijden van de computer. Nu staat het ding bij de reparateur, die ongetwijfeld een tarief berekent waarmee hij zijn vakantie kan bekostigen.

Ik baal.

maandag, mei 07, 2007

Serieus?

Twee jongens zijn bij de kassa aan de beurt om te betalen. De ene is door en door gothic, zwart lang haar, zwarte kleding en piercings. De ander is wat meer doorsnee maar wel gekleed in hip gerafeld t-shirt en spijkerbroek. Ze zijn onrustig. Opgewonden. Het meisje achter de kassa pakt iets van de lopende band.

‘Hier zit geen prijs op,’ zegt ze. Het is een langwerpig soort meloen van een type dat ik nog nooit heb gezien. De jongens weten ook niet wat het is en de chef moet er aan te pas komen om hem te identificeren. Ook hij weet het niet maar geeft opdracht om hem maar als Galia meloen aan te slaan.

Het duurt een paar seconden maar dan dringt het tot me door, en kan ik niet anders dan de volgende vraag stellen:

‘Als jullie zelf ook niet weten wat het is, waarom kopen jullie dat ding dan?’

Het valt stil in de rij. De jongens kijken elkaar even aan. Dan zegt de Gothic op serieuze toon:

‘Ik zocht iets om met mijn zwaard in tweeen te hakken.’
‘Ja, als je domme vragen stelt krijg je domme antwoorden,’ zeg ik lachend. ‘Maar wat gaan jullie er echt mee doen?’
‘We gaan hem... met een zwaard... in tweeen hakken,' herhaalt de Gothic. Zijn vriend lacht nerveus.

Ik ben nu zo ver gekomen dat ik het móet vragen.

‘Waarom dan?’

‘Da’s toch gaaf?’ zegt de Goth alsof dit pas écht een domme vraag was.

Er verglijden opnieuw wat seconden terwijl ik (en naar ik vermoed de rest van de rij) verwerken wat er net is gezegd. Een angstaanjagend beeld borrelt in me op.

‘Dat is toch geen repetitie voor een internet onthoofding, hè?’ vraag ik, naar ik hoop op ontspannen, humoristische toon.

‘Nee, we hebben nog geen camera,’ zegt de niet-Gothic.

vrijdag, mei 04, 2007

Lichtmuizen zijn het lekkerst

Wij hebben thuis drie katten, alledrie geschift. De meest typische van het trio is Lucie, een passionele lapjespoes die steeds weer met nieuwe vormen van gestoord gedrag op de proppen komt. Zo heeft ze de neiging om zo vaak mogelijk op mijn schouders te springen als ik het niet verwacht. Dit meestal als ik een dun shirt aan heb, waar ze te weinig grip op heeft, zodat ze haar nagels diep in mijn vlees duwt om niet te vallen.

Ook kan ze het niet laten om glazen water om te gooien, om vervolgens geïnteresseerd toe te kijken hoe het water alle kanten op stroomt. In één treurig geval over mijn laptop, die ter plekke overleed.

Gisteravond was het zelfs een kop hete thee die ze, met een scheef koppie toekijkend, zo omver mikte. Over mijn benen. Je zou denken dat al deze ‘ongelukjes’ bij elkaar er op duiden dat ze een appeltje met me heeft te schillen. Lucie is echter kennelijk nogal op me gesteld, aangezien ze begint te snorren als een DC10 op het moment dat ik de kamer binnenkom. Waarop ik uiteraard niets anders kan doen, dan haar heel lang aaien. Ze is immers enorm schattig.

De laatste obsessie voor Lucie zijn de ‘lichtmuizen’. Sinds we in ons nieuwe huis wonen is ze gebiologeerd door de dansende schaduwen en lichtvlekjes op de muren. Onder een luid ‘Prrrrauw!’ springt ze op iedere schim die beweegt. Daarbij komt ze regelmatig meer dan een meter van de vloer, en rent ze langs de wanden alsof het een scène uit een tekenfilm is. Helemaal leuk wordt het als ze het lichtvlekje ziet dat mijn horloge op de muur reflecteert. Uiteraard stuur ik die ‘lichtmuis’ dan de hele kamer rond, waar Lucie dan vrolijk achteraan dendert. Dit uiteraard zonder rekening te houden met wat er in haar pad staat.

Het probleem met het stimuleren van dit soort gedrag is dat het zich uiteindelijk toch weer tegen me keert. Ik was me er namelijk niet van bewust dat mijn horloge weer ‘lichtmuizen’ projecteerde in mijn werkkamer, waar Lucie naast me op het zijbureau zat. Ik wist niet dat ze zich had voorgenomen om de lichtmuis deze keer koste wat het kost te pakken zou krijgen. Ik keek achteloos opzij en zag dat ze op de muur achter het vlekje aanzat. Ik glimlachte en bewoog mijn pols per ongeluk zó, dat de lichtmuis plots op het plafond zat. Lucie hoefde er niet eens over na te denken. De enige manier om daar nog in de buurt te komen was via mijn schouders. Moet ik er nog bij zeggen dat ik op dat moment een héél dun t-shirt aan had?